1. Je beroep

 Je kunt  verwoorden:

-          Welke boeken gebruikt worden bij Methodisch werken

-          Welk digitaal lesmateriaal gebruikt wordt.

-          Hoe de lesstof getoetst wordt.

-          De definitie van gezondheid vlgs. De gezondheidsraad en ZonMw..

-          De definitie van verzorgen.

-          Welk accent in de zorg belangrijk is geworden sinds de veranderingen in 2015.

-          Het doel en de bepalingen in wet BIG.

-          Wat zelfzorg, mantelzorg, vrijwilligerszorg en beroepsmatige zorg inhoudt.

-          Verschil informele en formele zorg.

 

WAT IS GEZONDHEID?

Gezondheid is het vermogen om zich aan te passen en een eigen regie te voeren, in het licht van de fysieke, emotionele en sociale uitdagingen in het leven

Bron Gezondheidsraad en ZonMw.

 

Wat houdt je beroep in?

Bekijk een paar filmpjes op onderstaande website

www.zorgvoorbeter.nl/ouderenzorg/Onderwijs-vernieuwend-zorgen 

 

Opdracht 1 

Je vriend/vriendin wil de zorg in? Maak een Word document (1 A4 ) en schrijf aan hem/haar waarom jij een beroep in de zorg hebt gekozen. Je benoemt hierin het begrip verzorgen en het  verschil tussen helpen en verzorgen. Beschrijf ook wat je als plus en minpunten ziet

 

Opdracht 3 

Wat is zelfzorgbehoefte?

Geef minimaal 2 voorbeelden van lichamelijke, geestelijke en sociale zelfzorgbehoefte die je zelf hebt

Opdracht 4

Bekijk filmpje mantelzorg

www.zorgvoorbeter.nl/ouderenzorg/onderwijs-mantelzorg 

Is er in de volgende situaties sprake van beroepsmatige zorg, mantelzorg,
vrijwilligerszorg of zelfzorg? Benoem de juiste zorg.

1. Boodschappen doen voor je buurvrouw die slecht ter been is.
2. Als kraamverzorgende instructie geven over borstvoeding.
3. Je echtgenoot die gehandicapt is, wassen en aankleden.
4. Een keer per week een wijkgenoot bezoeken waarvan je weet dat hij/zij eenzaam is.
5. Iedere dag voldoende fruit en groente eten.

Opdracht 5

Lees de volgende situatie.
Dominique is een zelfstandige vrouw van 52 jaar. Ze heeft een lage dwarslaesie en
kan niet lopen. Daarom maakt ze gebruik van een rolstoel. Ze werkt op een school
als administratieve kracht. Dominique ervaart problemen met haar beperking in
mobiliteit. Het lukt niet goed om het huis schoon te houden en vaak is koken erg
vermoeiend. Daarom bestelt ze geregeld fastfoodmaaltijden. Ze vindt het maar niks,
dat ze hulp nodig heeft en dat ze bij een deel van haar dagelijks leven moet steunen
op anderen. Dat maakt haar soms somber. Reizen vindt ze veel gedoe. Het station in
haar woonplaats is bijvoorbeeld niet aangepast aan rolstoelgebruikers. Als ze naar
haar zoon en kleinkinderen wilt reizen, vindt ze het vooruitzicht van de reis zo naar
dat ze vaak beslist om maar niet te gaan.
Welke uitdagingen heeft Dominique?
• fysieke uitdagingen: 
• emotionele uitdaging: 
• sociale uitdagingen

Opdracht 6

Bekijk volgende filmpje:

 www.zorgvoorbeter.nl/ouderenzorg/onderwijs-video-vraaggericht-werken 

 

Beschrijf een situatie van iemand uit jouw directe omgeving waarin het
zelfzorgvermogen was verminderd. Beschrijf de situatie voor deze persoon op de
volgende onderdelen:
Situatie:

Kennis:

Vaardigheid:

Motivatie:

Omstandigheid:

Bespreek je uitwerking met 1-2 groepsgenoten en speel dit uit in een rollenspel met elkaar